top of page
  • Foto van schrijverJoost Elli

Schone schijn

Nota bene op Vaderdag wezen mijn dochters op mijn zogenoemd onverzorgde nagelriemen. Dat is dat velletje, tussen nagel en huid. Ik werd net niet als een vuilak weggezet.


Die twee meisjes van mij bewaken zo’n beetje mijn presence. Dat vind ik prima, ze stellen niet al te veel grenzen: de spring-in-’t-veld-look van een dertiger in stretch kan niet langer (“Heeeeeey, ik ben Jowst!!”) en neus- en oorharen zijn verboden. Voor het overige mag ik gewoon hun ouwe zijn. Oh ja, ook geen pet.


Over een verzorgd voorkomen wordt weleens smalend gedaan. IJdeltuiterij. Dat is vreemd. Want niettegenstaande we het graag hebben over beschaving doet aangaande zelfzorg geen enkele diersoort onder voor de mens.


Voor de goede orde: dit is geen les in bio-esthetiek, laat staan een betoog voor het gecoiffeerde manneneenheidskapsel — God beware mij! — zeker niet nu die verwenste middle part er weer aankomt. Ik heb het over basishygiëne.

Merkwaardig trouwens hoe we meer dan ooit naar eigenheid zoeken en er tegelijkertijd ongemeen hetzelfde uitzien. Trek er Instagram op na, maar aandachtig, voor je het weet haal je die gefilterde babes hopeloos door elkaar. Alsof ze ergens in een duistere achterkamer zijn gekloond.


Goed, hand in eigen boezem: soms gaat bovenkledij net iets te laat de wasmand in. Of blijken mijn gebleekte lakens ineens ecru. Ik maak die foutjes, toegegeven, slordigheden in de waan van de dag. Laat me nog een béétje man zijn. Maar: ik let erop. Wat respect voor de omgeving, daar is niks mis mee. Het kost nauwelijks tijd en is geen jeanetterij.


“Uiterlijk is wèl belangrijk,” poneert Jani Kazaltzis. “Het is het eerste wat je ziet.” Pas dan volgt de rest. Een eerste indruk maak je maar één keer. Evenmin wil ik het belang van uiterlijk overdrijven. Het is prettig toeven tussen goedverzorgde mensen, het zal wel zijn, maar ook niet meer dan dat. Want je kan dan wel mooi zijn, als er geen brains inzitten koop je er ook niets mee.


Dus zoek ik naar een midden. Houd de baard netjes (dat kan zonder barbier), je nagels schoon, poets nu en dan eens je schoenen. Dat soort dingen. Is dat lullig?


’s Zomers komt de troep naar boven. En dan staat met stip op één: de man in short op sandalen, die van het blootsvoets type. Zelfs de sandalendrager met sokken draag ik een warmer hart toe. Want de mannenvoet, op geringe leeftijd al, biedt maar weinig fraais.


Onlangs stond ik achter zo’n onguur type bij de bankautomaat. In de selfbank leven we plots nog dichter op elkaar. Tijdens het wachten las ik op zijn onderste ledematen mijn cursus ziekteleer van weleer af: vasculaire pathologie, orthopedie, dermatologie, podologie, reumatologie en onychopathie (aandoeningen van de nagel). Zowaar een opfrissing. Concreet: spataders, blauwe plekken, krabletsels, de knieprothese, de holvoet, de hamerteen, de klauwteen, de likdoorn. Daarbovenop de topstukken: de schimmelvoet, de verdroogde eeltplaat, de ingegroeide nagel en de kalknagel. Eén man! Er was geen weg terug: binnen de kortste keren had zijn stank zich in mijn neus vastgezet. Beeld je er die typische geur van een tropisch warme selfbank bij in. Voor zulk een gedrag, in casu de vorm waarin dit heerschap zich zonder gêne buiten begaf, bestaat een woord: decorumverlies. Het betekent dat je gedrag niet is aangepast aan je omgeving waarin je je bevindt, het decorum.


Er valt wat te zeggen voor een hygiënepolitie. Of op zijn minst zouden we de openheid moeten creëren elkaar op die dingen aan te spreken. “Mag ik u vragen uw haar te gaan wassen?” “Kan u de volgende keer gesloten schoeisel dragen?” “Trekt u wanneer u sandalen draagt sokken aan?” Het kan concreter: “Oh, tiens, ik heb hier geheel toevallig een tube Dacatarin mee. Neemt u hem gerust van mij aan. Eenmaal daags aanbrengen volstaat.” Of vranker: “Ik ontwaar gaatjes aan uw hiel, uw schimmel voelt zich kennelijk prettig.” “Ruikt u ook een kaaswinkel?”


“Ik ben altijd helemaal verzorgd,” zei een kokette collega. “Klaar om in het ziekenhuis terecht te komen.” Gelijk heeft ze, ik spreek ervan mee, van tijdens mijn opleiding verpleegkunde: wat spoed- en operatieafdelingen elke dag binnenkrijgen tart elke verbeelding. Weinig viezere dingen dan een ongewassen mens. Bij uitstek onder het scheerwollen maatpak en het zijden deux-pièces vind je van alles: ik bespaar u de details van hun voeten en geslachtsdelen. En het is altijd uitkijken naar wat er uit de navelbuiken wordt gepulkt. Ga er maar aanstaan. Mensen zouden zich beter douchen in plaats van te staan klappen. Daar heeft de zorg veel meer aan. Op vlak van properteit is what you see is what you get een boutade.


Zo, en nu mijn tanden maar eens bleachen. Een vriendin deed het ook, met een doe-het-zelf-pakketje van AliExpress. In het duister geeft haar gebit nu een beetje licht. Schone schijn. En dan mijn nagelriemen, dat ook nog.

2021, 20 juni, Lubbeek (Jàquima Ranch, FB: @jaquimaranch ) (België). Foto: Heidi Vallons.


Vind je deze post leuk? Geef hem een hartje!


Deze post delen op Facebook of Twitter? Dat is heel eenvoudig: klik op de knop linksonder en klaar. Een comment toevoegen is altijd leuk.

86 weergaven

Gerelateerde posts

Alles weergeven

In de binarie

Dad bod

bottom of page