top of page

H E T  S P O T I F Y - P R O J E C T

Schermafbeelding 2020-09-17 om 03.08.15.

Artikel | 12 minuten om te lezen

​

BEST OF CLASSIC ALBUM TRACKS

(VOORHEEN: 1001 ALBUMS YOU MUST HEAR BEFORE YOU DIE | AN EASY LISTENING EXTRACT)

 

Verslag van een eigenzinnig lijstje

Weinig dingen zo vervelend dan mensen die ongevraagd hun favoriete muziek willen opsolferen. Ze zetten te pas en te onpas hun eigengemaakte Spotify-playlist op om je er vervolgens om de haverklap op te attenderen, al dan niet meeneuriënd, wat voor een goed nummertje er nu toch weer passeert. En o jee wanneer je dit niet lijkt te kennen, jij zoon van een hoer.

Dit gezegd zijnde: laat ik u mijn eigengemaakte Spotify-lijstje even opdringen.

​

Ik heb een drietal boeken die flink zijn beduimeld en 1001 Albums You Must Hear Before You Die (Nederlands: 1001 Albums: De meest spraakmakende albums aller tijden) is er een van. De andere twee zijn het Beatles Dagboek van Har van Fulpen uit 1981 en mijn eerste exemplaar dat ik kocht van Oor’s Eerste Nederlands Popencyclopedie, de uitgaven van 1990.

​

Er zijn een aantal factoren die mijn muziekkennis danig een boost hebben gegeven: de Popencyclopedie (waar het allemaal een beetje mee begon), de komst van internet en de mp3 en het boek 1001 Albums, dat ik ontdekte in 2007. Nog maar vrij recent is daar ook Spotify bijgekomen.

 

Ik ben geloof ik van de generatie die het een beetje lastig heeft met de digitalisering van de dingen. Nogal wat mensen, zoals ik, die eigenlijk niet al te veel meemaakten of te vertellen hadden, konden destijds nog altijd bogen op een collectie platen, cd’s of videocassettes om mee uit te pakken. Zo’n beetje iet als: “Toon me je cd-kast en ik zeg je wie je bent.” “Hij is een muziekkenner,” was een manier waarop je je een beetje kon onderscheiden van de massa. Ik was er zo eentje.

1001 Albums de meest spraakmakende albums aller tijden.jpg
Beatles dagboek.jpg

Brussel

Het valt haast niet meer in te beelden dat er een tijd was waarin ik af en toe naar Brussel spoorde om er een cd of drie te gaan kopen. In het burgerlijke Leuven waren de dingen die ik zocht niet altijd te vinden, vandaar (check hoe bijzonder ik was). Het had iets van een ritueel. Onmiskenbaar was het zo dat ik de cd’s die ik toen kocht door en door kende. Dat weloverwogene had in die optiek een meerwaarde. Het is nogal saai om te stellen dat “alles nu veel vluchtiger is en vroeger dus beter”. Dat ga ik dus niet doen. Het een is het ander: er was toen minder voorhanden, en van schaarste geniet je nu eenmaal meer, maar de stroom aan muziek die beschikbaar is gekomen door de mp3 en het internet heeft evenzeer een onwaarschijnlijke aantrekkelijkheid.

 

Een van de nadelen van dat gigantische aanbod is dat je erin dreigt te verzuipen. Ik had dus een soort van gids nodig. De tweejaarlijkse editie van Oor’s Eerste Popencyclopedie hielp me zeker op weg: met de fluorstift in de hand wist ik door de jaren heen op zijn minst al een niet onaardige soort van ‘ultieme lijst’ van essentiële albums aan te leggen. Het nadeel van zo een naslagwerk is dat je mogelijk een beetje in hetzelfde genre blijft hangen. Op die manier heb ik het overgrote deel van mijn tienerjaren, en ook nog lang daarna, vooral naar symfonische rock geluisterd. In dat segment was ik dus wel van behoorlijk wat op de hoogte, maar ik besefte ook dat ik op die manier heel wat links liet liggen.

OOR's Eerste Nederlandse Pop-encyclopedie.jpg.jpg

“Wat is de norm?,” vroeg mijn goede vriend Paul mij toen hij, helemaal terug in 2007, mijn exemplaar van 1001 Albums zag liggen. “Geen idee,” moest ik bekennen. “Een stel kenners zeker die een consensus bereiken, zoiets.” 

Ik had het toch wel wat gekke plan opgevat om alle 1001 albums te gaan beluisteren. Ik legde er zelfs een speciale iTunes-bibliotheek voor aan. 

 

Ik heb er altijd een beetje een punt van proberen te maken een artiest te vergoeden voor zijn werk. Alle 1001 albums kopen was geen optie. En dus ploos ik de bibliotheeksystemen in België uit en wist ik ongeveer 95% van alle titels legaal te bemachtigen. Voor de overige vijf was ik dan aangewezen op illegaal downloaden. Een artiest die is opgenomen in een leesportefeuille wordt daarvoor vergoed. Wellicht niet veel, maar het is toch dat. Nog meer dan er aan te verdienen zou ik als artiest toch vooral willen worden gehoord, bedenk ik mij steeds. Nogal wat materiaal kon ik gewoon vinden in Leuven, voor het overige trok ik om de twee weken naar de twee grote Brusselse bibliotheken (Muntpunt (afbeelding) en Médiathèque) om er het maximaal aantal cd’s te gaan ontlenen. Een fijne tijd eigenlijk, een beetje zoeken en dan vinden blijkt toch iets te zijn dat we als mens aangenaam vinden. 

Bij wijze van tip: er is in het Vlaamse bibliotheeknetwerk heel veel mogelijk. In tegenstelling tot wat je zou verwachten staat niet alles op Spotify (Big Bubbles No Troubles van Ellis Beggs and Howard blijkt bijvoorbeeld onvindbaar, onbergijpelijk!!) en dan is de bib vaak de enige uitkomst: er zijn voor mij cd’s van overal te lande naar Leuven gestuurd, van Antwerpen over Blankenberge, tot Genk en Kortrijk.

Muntpunt Bibliotheek Informatiehuis Ontmoetingsplek Venster op Brussel.jpg

Het boek staat onder eindredactie van Robert Dimery, een Engelse schrijver van voornamelijk muziekboeken (hij heeft er inmiddels een tiental op zijn naam staan, dus de man weet wel van meepraten). Hij hoeft de klus gelukkig niet alleen te klaren, er zijn niet minder dan tweeënnegentig tekstbijdragers betrokken.

Dimery erkent in zijn voorwoord meteen dat de keuze van de albums die hij voor dit lijvige werk heeft gemaakt natuurlijk ontzettend subjectief is. Wat betreft zijn missie ligt de lat verder dan ook niet al te hoog: “De brede opzet van dit boek stelt de lezer in staat om de algemeen aanvaarde meningen van critici over de muzikale hoogte- en dieptepunten van die vijftig jaar nog eens onder de loep te nemen.” Dat hij in zijn opzet is geslaagd moet blijken uit de prima reviews die het boek bij verschijnen kreeg. De consensus is dat het op zijn minst “erg relevant” is.

 

Om te vermijden dat ik het over dEUS moet hebben (ze hebben beslist goede muziek, maar Tom Barman geeft zichzelf al zoveel aandacht dat die van mij er echt niet meer bij kan) heb ikzelf voor de aanmaak van mijn selectie de Belgische en Nederlandse albums even buiten beschouwing gelaten. Ik doe de Oor-redacteur Tom Engelshoven daarmee oneer aan, dat besef ik. De reden waarom is omdat ik al lang niet zo makkelijk meer warm loop voor de muziek van eigen streek. Dat kan natuurlijk niet zomaar kloppen, er wordt immers steengoed materiaal gemaakt en nog veel ook, maar ik heb het een beetje lastig met wat de Belgische radiozenders ons in de strot rammen en dat kleurt mijn gehele perceptie. Yevgueni, Het Zesde Metaal, Brihang (of is het Brahim?), Bazart (of is het Balthazar? - ik gooi die mannen klaarblijkelijk allemaal op één hoop) en Guy die zwanger is ... ik moet toegeven dat ik er allemaal geen snars van begrijp. Het was ooit anders: ik heb behoorlijk veel gedweept met (voornamelijk Nederlandse) groepen als Time Bandits (toppop!), Golden Earring (Cut! (afbeelding), N.E.W.S.!, onvermoeibare wereldklasse), Doe Maar (met name 4us is subliem, Canvaskijker, zet uw vooroordeel opzij!) en Het Goede Doel (pionierswerk!). Maar tegenwoordig kan ook wat uit die noorderhoek komt me maar weinig roeren. De betrachting van mijn lijstje is dat ik er toch in de eerste plaats zelf happy van wordt. Mogelijk kom ik op een dag op mijn keuze terug.

Cut Golden Earring.jpg
4us Doe Maar.jpg

In de lijst zijn uitsluitend de originele albumuitgaven opgenomen van de originele artiesten. Tenzij relevant worden bonustracks en dies meer, die vaak bij heruitgaven zijn te vinden, dus genegeerd. Compilaties, al dan niet van eenzelfde artiest of meerdere uitvoeders, werden uitgesloten (de redelijk essentiële en fantastische soundtrack van Saturday Night Fever zal je er om die reden bijvoorbeeld niet in terugvinden).

​

Alle genres

Een van de geweldige meerwaarden van dit fijne naslagwerk is dat het zowat alle genres belicht die de muziek rijk is (afgezien dan van uitgesproken klassieke muziek, daarover bestaat een apart boek, in dezelfde reeks, ook in het Nederland:s 1001 klassieke muziekuitvoeringen: klassieke opnamen die je gehoord moet hebben!). Ik had jazz, om maar wat te noemen, altijd maar een stijl gevonden waarin niet-muzikanten elkaar konden opvrijen. En hoewel dat voor een aantal platen zeker valt te verdedigen, moet ik toegeven dat ik mijn mening daarover danig heb moeten herzien. Om de zogenaamde wereldmuziek was ik altijd met een brede boog heengelopen, maar door dit boek werd ik min of meer gedwongen haar toch op zin minst even te bekijken en gelukkig maar: ik had anders wellicht nooit van Machito’s Kenya (Roulette Jazz ’57) of zelfs Fela Kuti’s meesterlijke Zombie (Coconut ’76) gehoord. Met name min of meer het hele hoofdstuk over de jaren vijftig is een openbaring voor mij gebleken, niet in het minst om vast te stellen waar nogal wat latere artiesten de mosterd hebben gehaald. 

1001 klassieke muziekuitvoeringen: Klassieke opnamen die je gehoord moet hebben.jpg

De eerste editie verscheen in 2005, de meest recente in 2017. De complete lijsten (er gebeuren bij elke nieuwe editie updates waardoor er parels uit de boot vallen) naast elkaar leggen is een lastige klus. Het internet bulkt van de bronnen en bovendien maken de verschillende jaren waarin het boek is gepubliceerd - originele versus de Nederlandstalige editie - het des te verwarrender. Voor de samenstelling van mijn lijst heb ik geen rekening gehouden met het feit of een album uit de nieuwere rankings is gevallen. Dat is per slot van rekening gewoon een arbitraire keuze die moet dienen om aan de belofte van de boektitel te kunnen blijven voldoen. Het moet voor de auteurs een bij wijlen hartverscheurende keuze zijn geweest die ik van mijn kant niet heb willen maken. Hoe ook zou ik kunnen verdedigen bijvoorbeeld het nummer The Man Comes Around van Johnny Cash’ American IV: The Man Comes Around (American ’02) te schrappen, gewoon omdat die lp niet langer een plaatsje kreeg?

Johnny Cash American IV: The Man Comes Around.jpg

Ook mijn selectie is bijzonder selectief, dat spreekt voor zich. Het feit dat ik heb gekozen voor ‘An Easy Listening Extract’ maakt dat nogal wat artiesten bij voorbaat, zij het dan onuitgesproken, werden gediskwalificeerd. Hardrockbands als Aerosmith (What It Takes) en Def Leppard (Hysteria, Love Bites) weten met hun power ballads de deportatie nog net te ontspringen, maar met groepen als Pantera of  Korn of is het wat lastiger compromissen sluiten (Korn-zanger Corey Taylor maakte met Stone Sour nochtans het zeer fraaie Bother, olalala. Helaas ...). 

 

Helemaal in de stijl van Marie Kondo’s Opgeruimd! heb ik het afgelopen jaar ook mijn iTunes-muziekbibliotheek grondig opgeschoond (sinds macOS Catalina heeft dit bij Apple overigens gewoon Muziek, de iTunes-store bestaat dan weer nog wel - verwarrend). Het uitgangspunt daarbij is geweest: word ik van dit nummer beter, doet het me wat, geeft het mij een prettig gevoel (ook al is dat misschien wat droefgeestig of melancholisch van ondertoon)? En vooral: bij welk soort muziek voel ik me bepaald onprettig (ga maar bij jezelf na, er zijn songs die je terugbrengen naar momenten waaraan je liever niet langer wordt herinnerd)?

Wanneer ik thuis aan het werk ben houd ik ervan muziek op te zetten die me niet afleidt. De coronacrisis heeft er uiteraard voor gezorgd dat er nogal wat Spotify-lijstjes zijn gemaakt die moeten dienen bij het thuiswerken, en er zitten er behoorlijk wat goeie tussen (check bijvoorbeeld eens de Work From Home-lijsten die samengesteld zijn met zorgvuldig uitgekiende songs van erg toegankelijke jazzartiesten en klassieke componisten). Het nadeel van deze lijstjes is dat ze nogal vluchtig zijn bijeengeharkt en in vele gevallen ook gewoon door de computer.

Arrow Classic Rock.png

Halverwege de jaren negentig bracht ik met mijn goede vriend Evrard een bezoek aan de studio’s van Arrow Classic Rock in Den Haag, vlakbij het prachtige Haagse Binnenhof. Arrow is wezenlijk de enige (en ook de eerste) echte classic rock-radiozender van de Benelux. We maakten ons zorgen over het feit dat ze hun uitzendvergunning op de middengolf kwijt gingen spelen en dat we daardoor in België niet langer in staat zouden zijn de zender te beluisteren (ja, uit die oertijd stam ik, van streamen over het net was nog geen sprake). We stelden ons aan de jocks voor als een delegatie uit België die het protest tegen de dreiging mee kwam ondersteunen. 

Dat fijne bezoek leerde mij dat het vak van muzieksamensteller in feite pure ambacht is. Arrow zond toen al de klok rond non-stop uit en ik wist me erover te verbazen hoe elke playlist handmatig werd samengesteld. Er werd wel al gewerkt met de mp3 die nog niet zo heel lang daarvoor zijn intrede had gedaan. 

De komst van de mp3 heeft de muziekindustrie danig op haar grondvesten doen daveren en ook in radioland werd gretig van de nieuwe techniek gebruik gemaakt. De mp3 heeft onmiskenbaar veel mogelijk gemaakt maar bracht ook nadelen met zich mee. In het wilde weg liedjes in een pc stoppen hield wel wat risico in. Bij Arrow waren ze zich daar van meet af aan van bewust. “Sommige zenders laten de computer gewoon de nummers uitspuwen,” zei de programmator van dienst. “Maar dat hoor je.” 

Gelijk had hij. Artificiële intelligentie levert ons ongetwijfeld veel op, maar ze is niet heiligmakend. Muziek aan elkaar breien is een kunst. Iedereen heeft al trouwfeesten meegemaakt waarbij de dj, zijn potentieel sublieme platencollectie ten spijt, er maar niet in slaagt de sfeer erin te krijgen. Playlists maken vraagt aandacht, of het nu is om ze te gebruiken op feestjes, in een winkel of gewoon doorheen de dag bij het huishouden.

 

De betreurde Christophe Lambrecht, een van de beste Vlaamse radio-dj’s aller tijden (hij deejayde naar het schijnt ook voortreffelijk op fuiven, maar dat heb ik nooit mogen meemaken), is er altijd een punt van blijven maken de platenlijst van zijn programma eigenhandig samen te stellen. Toen in jaren negentig bij de VRT werd aangekondigd dat de liedjesprogrammatie zou worden overgenomen door een (weliswaar gespecialiseerd) computerprogramma (ik denk - weet het dus niet helemaal zeker - dat het ging om een voorloper van deze GSelector) stond de Reyerslaan op zijn kop. En terecht.

 

Het heeft er allemaal maar mee te maken waartoe de muziek moet dienen. Wat gezapige soul tijdens een etentje kan best in de blender gegooid worden zonder veel omzien. Maar soms doet het er wel toe. Soms neem je genoegen met een of ander extra digitaal kanaal (type Joe 80’s), dan weer ben je op zoek naar wat extra pit. De playlists die de VRT op Spotify zet (ze zijn natuurlijk niet de enigen die dat doen) zijn een goed compromis. Achter de programma’s als Time Out (met meestal die onverslijtbare Michaël Robberechts of anders Jan Sprengers, zowaar een evenwaardige vervanger) en Wonderland (Korneel De Clerq wordt steeds beter), beiden op Radio 1, zitten nog old school redacties die nadien hun nieuwste ontdekkingen wekelijks bij in hun lijstje op Spotify duwen.

Overigens, kies je er toch voor om digitaal non-stop te luisteren, ga dan voor een zender die zich daarop richt (en op niks anders): Arrow is er een van, maar ook bij de Nederlandse Sky Radio wordt nog behoorlijk artisanaal samengesteld.

Sky Radio.png

Toewijding

Hét grote nadeel, voor mijn part en tenminste voor zover ik weet, van digitale afspeellijsten is dat de volgorde van afspelen van de nummers niet kan worden bepaald. In apps zoals iTunes zijn wel een aantal opties voorzien (zoals afspelen per artiest, per album, naar genre enzovoort), maar de volgorde echt naar je hand zetten, zoals dat vroeger bij het opnemen van een muziekcassette bijvoorbeeld wel kon, kan nooit. Het is dus met andere woorden van het allergrootste belang dat de nummers die je in een playlist zet op elk moment toch bij elkaar kunnen horen. Ik maak me sterk dat dit bij 1001 Albums You Must Hear Before You Die, An Easy listening extract het geval is.

 

“Wat een toewijding,” liet een collega zich ontvallen toen hij mijn lijstje voor de eerste keer tot zich nam. Ik vind toewijding een heerlijk woord (zie in dat verband ook mijn samenvatting van het boek Altijd scherp) en een groter compliment kon hij mij niet geven.

Ruim vier jaar nadat ik de lijst in iTunes had voltooid besloot ik hem met de wereld te gaan delen via Spotify. Om een en ander behapbaar te maken startte ik in juli 2018 met een wekelijkse uitbreiding op alfabet.  Op mijn daartoe opgerichte Facebook-bedrijfspagina (@1001albumseasyextract, zie ook afbeelding) gaf ik met veel passie wat meer uitleg. Dat gaf me meteen ook de tijd zorgvuldig te werk te gaan want ik maakte er een punt van voor elk van de 1817 nummers naar de best beschikbare versie op zoek te gaan. Dat is overigens beslist een voordeel van Spotify: de meest recente remasters worden toegevoegd zodat je in sommige gevallen kosteloos over betere versies van de opnames gaat beschikken dan diegene die je op cd of in je muziekbibliotheek hebt staan. Evenwel is het ook niet zo dat je met de meest recente remaster ook meteen de beste in huis hebt. En daar laat Spotify, met zijn wel erg beperkte informatie per nummer of album, verder geen ruimte: je mag al blij zijn dat er een jaartal bij de vermelding remaster staat.

Facebookcover 1001 Albums Easy extract.jpg

Hoewel ik beslist geen audiofiel ben (er wordt behoorlijk wat afgezeikt op het internet over geluidsinstallaties - het moet per slot van rekening wel over de muziek blijven gaan) heb ik altijd veel aandacht besteed aan de geluidskwaliteit van de opnames die ik kocht. Het mag dan wel klinken alsof dat iets is voor nerds, helemaal een overbodig detail kan je het niet noemen. Vooral met de eerste paar generaties cd’s was iets grondig mis en ik geloof beslist dat dit had te maken met de “hoekige” weergave van een digitale signaal versus de “golvende” beweging die een analoge bron voortbrengt. In de loop der jaren zijn er gelukkig enkele bijzonder goede technieken ontwikkeld die dat vervelende neveneffect wisten te verhelpen: het innoverende Super Bit Mapping (SBM) is er zo een, waarmee onder meer de geluidsfreaks van Dire Straits hun platen lieten bewerken, en helemaal te gek was het UV22 Super CD Encoding-proces waarmee Bob Ludwig in 1994 de halve catalogus van de Rolling Stones (met name de post-Decca-jaren) te lijf ging - na talloze heruitgaven staan deze bewerkingen van de Stones nog altijd te boek als ongeveer de besten.

Er was beslist ook een zogenaamde loudness war aan de gang, die overigens tot ver in de jaren 2000 doorging - zie o.m. veel van wat Rick Rubin heeft geproducet (afbeelding) - waarbij muziek als het ware artificieel luider werd gemaakt. De sublieme muziek van het Calofornication-album van de Red Hot Chili peppers is ermee naar de haaien geholpen (lang voor ik van die geluidsoorlog had gehoord liet ik het album al links liggen, ik kreeg het niet in één keer uitgezeten).

Rick Rubin.jpg

Streamingvrees

Dat remasteren niet alleen maar geldklopperij is mag blijken uit dit voorbeeld van het nummer Super Trouper van ABBA. Pas in 2011 ligt het geluid het dichtst bij de originele opname, al de uitgaven voordien werd het door een vervelende modegril en spielerei kunstmatig (nodeloos) opgekrikt.

 

Echte audiofreaks houden niet van streaming, maar dat heeft vooral met profileringsdrang te maken: ze onderscheiden zich graag als de échte muziekliefhebber, terwijl het de audiofiel in vele gevallen in feite om het speelgoed is te doen waar die muziek uitkomt. Objectieve metingen zullen weliswaar aantonen dat er niks boven een paar goede boxen met een stel kabels naar een dito versterker gaat, maar laat je daarover niet te veel wijsmaken: je kan best draadloos genieten van een uitstekende geluidskwaliteit. Tenzij je bereid bent er een (hele-)boel geld aan uit te geven is wat mij betreft de keuze snel gemaakt: ik geniet liever volop van de muziek in plaats van me druk te maken over een mogelijk verlies aan kwaliteit dat toch vooral tussen de oren zit in plaats van erin. Je kan in de plaats daarvan veel beter op zoek gaan naar de juiste remaster, die maakt wel degelijk een verschil. In die mate zelfs dat ik bij sommige heruitgaven werkelijk nieuwe dingen heb gehoord in platen die ik van binnen en van buiten meende te kennen (de 40th Anniversary mixes van de Doors-albums zijn wat dat betreft een goed voorbeeld en ook wat Giles Martin doet met de vijftigjarige heruitgaven van de Beatles-albums is verbazend). 

 

Wie een Premium-abonnement heeft kan er voor kiezen de standaardinstelling van de geluidskwaliteit van 160 kbps te verhogen naar 320 kbps (‘Zeer hoog’), in de app, onder je profiel bij de instellingen. Dat zou een diepere bas moeten opleveren en dat soort dingen, maar tenzij je met een echt goede koptelefoon werkt of zeer goede speakers hebt is het verschil in beleving verwaarloosbaar te noemen.

​

Een goede collega stelde mij onlangs een terechte vraag: wat gedaan wanneer Spotify plots beslist ophouden te bestaan? Of er vanuit het niets heel veel geld voor gaat vragen? Daar sta je dan met je zorgvuldig virtueel samengestelde lijsten waar je niet langer bij kan (of wilt). Het is trouwens niet ondenkbaar dat vooral dat laatste op een moment gaat gebeuren: de prijs voor een Premiumabonnement is zodanig laag (9,99 euro per maand en als je het wat handig weet te combineren met anderen ga je nog met gemak lager) dat dit niet langer houdbaar is, vooral dan omwille van het feit dat er met de regelmaat van de klok flink wordt gemopperd door de artiesten omdat ze zo weinig verdienen aan een Spotify-luisterbeurt van een nummer. De cijfers die erover te vinden zijn willen nogal eens van elkaar verschillen maar in orde van grootte komt het er min of meer op neer dat  om er één dollar aan over te houden je nummer 280 keer moet worden beluisterd. En net zoals dat het geval is met streaming platforms voor televisie swingt het aantal muziekaanbieders de pan uit (er zijn er naast Spotify nog minstens tien anderen), in die mate dat kan worden gevreesd dat ze niet allemaal gaan overeind blijven waardoor de concurrentie kleiner wordt en de prijzen dus de hoogte in kunnen gaan …

Super Trouper remasters.png

Hoe dan ook, het is geen slecht plan alvast te bedenken hoe je je noeste arbeid veilig kan gaan stellen. Met een Premiumabonnement kan je nummers downloaden op je telefoon of op je thuiscomputer, maar in tegenstelling tot wat veel mensen denken kan je daar verder niets mee. Je kan die downloads niet zomaar daadwerkelijk opslaan in je eigen muziekbibliotheek. Spotify is wel zo slim geweest (en dat heeft wellicht ook met rechten te maken) de gedownloade nummers te versleutelen. Natuurlijk kan het wel, wanneer je daar geld wil aan uitgeven tenminste. Er zijn tal van programma’s die de klus voor je klaren (TuneFab is wellicht een goede keuze), maar legaal is het niet en derhalve wil ik die praktijken hier verder niet promoten. Ik heb bij wijze van experiment een ander lijstje van mij op die manier bewaard, maar gevoelsmatig wil ik het daar bij houden. 

 

Tot slot herneem ik hier graag de posts zoals ik ze destijds op mijn Facebookpagina heb geplaatst (er zijn immers nog altijd mensen zonder Facebook, sterker nog hun aantal neemt alsmaar toe). Moge ze bijdragen tot het vreugdevol beleven van een van de mooiste geneugten des levens: het luisteren naar ontzettend goed gemaakte muziek.

D E  F A C E B O O K P O S T S

Vrijdag 4 juli 2018

Deze eerste week onder meer een flinke grabbel uit de muzikale erfenis van grote kleppers als The Beatles (natuurlijk), Ella Fitzgerald, Joni Mitchell en Van Morrison en een opvallend aanwezige Magnetic Fields (met maar liefst 9 songs!). (Her)ontdek de Panamese salsa van Rubén Blades, de merkwaardige mengeling van jaren 60 garagerock en de alternatieve scene van de nineties van The Vines en de zachte kant van de mysterieuze The Residents, waarvan niemand van bij hun oprichting in 1969 tot op heden de identiteit van de groepsleden heeft weten te achterhalen.

De instrumentale hoogstandjes komen van Air en de onvolprezen Barry Adamson, de generatie van nu wordt vertegenwoordigd door onder andere Ryan Adams en Frank Ocean.

Aanstaande vrijdag een nieuwe lading songs: titels met de letter T!

Ella Fitzgerald Sings the George and Ira Gershwin Song Book.jpg

Zondag 6 juli 2018 Week 2 – T

111 nummers werden toegevoegd, goed voor net geen zeven uur extra muziek en allemaal beginnend met de letter t. Time en tears zijn de vaakst voorkomende woorden in de titels, hoe kan het ook anders.

Vier artiesten of bands hebben met elk drie nummers op hun naam het grootste aandeel. Bob Dylan, Nick Drake (de man die bij de releases van zijn albums niet meer dan 5000 exemplaren wist te slijten, hij zou na zijn veel te vroege tragische dood in 1974 gelukkig in de jaren 80 alsnog in ere worden hersteld), The Rolling Stones (met een bloemlezing uit het heerlijke Exile On Main St., Tumbling Dice mocht natuurlijk niet ontbreken) en het obscure Big Star onder leiding van Alex Chilton. De invloed op latere generaties muzikanten is gigantisch gebleken, vooral dan R.E.M. steekt niet weg heel wat mosterd bij Drake en Big Star te hebben gehaald.

Laat je verrassen door de ingetogen kant van de Beastie Boys, het bezwerende Eurythmics en hoor hoe George Michael moeiteloos zijn mannetje staat naast Stevie Wonder in hun beider versies van They Won’t Go When I Go, de ultieme pop-begrafenismars.

Rolling Stones Exile on Main St..jpg

Vrijdag 13 juli 2018 Week 3 — I

Hoe toevallig kan het zijn, evenveel titels als vorige week komen erbij, 111 om precies te zijn, allemaal beginnend met de letter I, aan iets meer dan anderhalf etmaal muziek zitten we nu.

Ik, ik, ik, daar gaat het uiteraard veelal over, aan navelstaarderij geen gebrek. Frank Sinatra kaapt negen plaatsen uit de lijst weg en laat ondertussen alle facetten van de liefde zien: van de in whisky gedrenkte weemoed op ‘In The Wee Small Hours’, misschien wel dé breakupplaat avant la lettre (én bovendien de allereerste lp in het formaat zoals we dat nu kennen) tot het uitbundige en hopeloos verliefd klinkende ‘Songs For Swingin’ Lovers’. Als toetje twee stukken uit ‘Francis Albert Sinatra & Antônio Carlos Jobim’, zijn samenwerkingsverband met de man die bossa nova van Brazilië naar de rest van de wereld bracht. De plaat werd in 1967 genomineerd voor een Grammy en moest het maar nipt afleggen tegen 'Sgt. Pepper's Lonely Hearts Club Band' van The Beatles.

Twee songs ook uit Carole King’s ‘Tapestry’, en alleen al daarom zou je opnieuw in dit lijstje duiken. Wie er niet genoeg van kan krijgen: check de vorig jaar verschenen concertregistratie van ‘Tapestry: Live In Hyde Park’, waarin te zien is hoe ze na 27 jaar niet te hebben opgetreden haar kunstje voor ruim 65.000 fans nog eens smaakvol weet op te voeren, daarbij gerugsteund door een keur aan gasten.

Carole King Tapestry: Live at Hyde Park.jpg

Vrijdag 20 juli 2018 Week 4 — S

Je zou bij titels die beginnen met de letter S meteen gaan denken aan woorden als ‘sex’ of ‘summer’ (en al helemaal bij deze hitte), maar niets daarvan. In de plaats daarvan wel nummers die beginnen met ‘somebody’ (5), ‘someone’ (4) en ‘something’ (4). Bob Dylan en Joni Mitchell voeren de lijst deze week aan met elk 6 nieuwe nummers. 

Bijna dubbel zoveel liedjes als de afgelopen twee weken komen erbij, 225 om precies te zijn, goed voor 16 uur aan topmuziek, wat de totale teller zet op net geen 800 songs in 52 uur. Als je de playlist vandaag opzet is hij pas over dik twee dagen weer afgelopen. Zet de shuffle-knop aan en je hebt er een radiostationnetje bij. Maar dat zijn natuurlijk alleen maar de cijfertjes... We hebben een heerlijke zomer en de muziek is goed. Geniet ervan!

Bob Dylan Blood On The Tracks.jpg

Vrijdag 27 juli 2018 Week 5 — F
Slechts een handvol nieuwe nummers deze week, 37, meer levert de letter F niet op. Maar wat een tracks, opnieuw! Antony and the Johnsons zijn er weer bij, wat de teller van het aantal songs uit het magistrale ‘I am A Bird Now’ op een voorlopige 3 zet. Wie zich wil inleven in hoe pijnlijk wel de lijdensweg van de als Antony Hegarty geboren transgenderiste Anonhi is geweest, krijgt hier alvast een mooie bloemlezing. Een keur aan bekendelingen werkte mee aan de plaat, die we elk op hun beurt ook weer onder hun eigen naam in de lijst (zullen) zien opduiken: onder meer Rufus Wainwright, Boy George, Devendra Banhart en Lou Reed.
Die laatste linken we natuurlijk ook aan Nico, twee nieuwigheden van haar deze week. Nico, het allereerste supermodel, de speelbal van de door haar geadoreerde John Cale en de zich afgewezen voelende Reed, de protegé van popart-icoon Andy Warhol, de heroïneverslaafde nimfomane... een onwaarschijnlijke samenloop van omstandigheden die de mooiste muziek wist op te leveren: met name het rustigere werk op ‘The Velvet Underground & Nico’ is van het allerhoogste niveau. 
Lou Reed zag een verdere samenwerking met Nico binnen de Underground niet zitten waardoor ze een soloplaat ging maken. En hoewel de inbreng van Jackson Browne zeker niet mag worden onderschat werd ‘Chelsea Girl’ goed en wel beschouwd opnieuw een soort van Velvet Underground & Nico-album. Alleen percussioniste Maureen (Moe) Tucker (die wordt gezien als een van de eerste vrouwelijke drummers in de geschiedenis van de rock) gaf niet thuis, hetgeen geen verbazing hoeft te wekken, want op het ganse album ontbreekt elk spoor van slagwerk. Nico zal uiteindelijk eindigen met 8 songs in deze Smooth 1001 Albums Selection. Niet slecht voor een zangeres die aan partiële doofheid lijdt en als gevolg daarvan al eens in de verkeerde toon wil zingen.
Geniet van je weekend!

Nico Chelsea Girl.jpg
Nico Chelsea Girl.jpg

Vrijdag 3 augustus Week 6 — P

Behoorlijk wat zoetgevooisde vrouwelijke stemmen achter de microfoon deze week: Aretha Franklin, Beth Orton (op 3 tracks na zal haar hele ‘Central Reservation’ in deze lijst zijn opgenomen), Emmylou Harris, de getormenteerde en pijnlijk om het leven gekomen Sandy Denny (met Fairport Convention), Fiona Apple (ook zij doet het met uiteindelijk 6 nummers van haar million seller ‘Tidal’ goed in deze reeks), de excentrieke Alison Goldfrapp, Joni Mitchell (ze zet hier met het van ‘Court And Spark’ afkomstige ‘People’s Parties’ haar eerste voorzichtig stapjes in de jazz), Norah Jones en Chrissie Hynde, die met haar The Pretenders hun ‘Private Life’ een heerlijk reggae-deun neerzet. 

De van Everything But The Girl afkomstige Tracey Horn treedt als gastzangeres aan in Paul Wellers The Style Council op het sfeerrijke ‘The Paris Match’. 

Over het feit of Madonna nu al niet een goede zangeres is lopen de meningen uiteen. Feit is alleszins dat de grootste producers graag met haar aan de slag gaan (Prince!) en dat het resultaat daarvan bepaald fraai mag worden genoemd: hier horen we haar longtime collaborator Patrick Leonard (Bryan Ferry, Pink Floyd, Fleetwood Mac, Leonard Cohen ...) met ‘Promise To try’ en William Orbit (Blur, Finley Quaye, Robbie Williams, Katie Melua ...) in ‘The Power Of Good-Bye’ aan de knoppen draaien.

Heb een fantastisch, heet weekend!

Beth Orthon Central Reservation.jpg

Vrijdag 10 augustus 2018 Week 7 — D

Mochten we een thema hebben willen zoeken in deze 99 nieuwe tracks, dan kwamen we wellicht uit bij ‘samba’ of ‘bossanova’.
De Brazilaanse Astrud Gilberto doet het als eerste in het rijtje in het Engels met een vertaling van Maysa’s ‘Dia das Rosas’ (‘I Think of You’), precies zoals Frank Sinatra in zijn ‘Dindi’, uit zijn meesterlijke samenwerking met Antônio Carlos Jobim, ook al een Brazilaan en dé pionier-bossanova-exporteur (album: ‘Francis Albert Sinatra & Antonio Carlos Jobim’). 

Natuurlijk is ‘Chan Chan’ het belangrijkste nummer van de Buana Vista Social Club, maar deze ‘Dos Gardenias’, in een heerlijk Spaans, moet er beslist niet voor onderdoen. En vanzelfsprekend is ‘Me gustas tú’ Manu Chao’s leukste liedje, maar neem zeker ook eens even de tijd om ‘Día Luna... Día Penate’ te beluisteren, dat verborgen pareltje op het ‘Clandestino’, de plaat die hij haast in zijn eentje opnam met een laptopje. Met een speelduur van anderhalve minuut moet dat zeker lukken.

De Amerikaans saxofonist Stan “The Sound” Getz trachtte de bossanova mainstream te maken in Amerika en ging om die reden in zee met gitarist Charly Byrd, die dat idee met hem deelde. De twee slaagden er met brio in, hun album ‘Jazz Samba’ wordt algemeen beschouwd als de eerste min of meer echte introductie van de bossanova-gekte die kort daarop in 1962 ontstond. Naast ‘Doralice’ vinden we in de lijst drie versies van het zalige ‘Desafinado’ terug. Gewoon, omdat er niet van genoeg te krijgen valt.

Op het album Getz/Gilberto, waarvan hier twee tracks, komt alles mooi samen: Getz ging in 1964 samenwerken met twee van zijn helden: “mijnheer Astrud Gilberto” (zie hierboven), de gitarist João Gilberto, en de pianist Antônio Carlos Jobim (zie eveneens hierboven). Astrud zong er (bij wijze van debuut!) een paar liedjes op. Het resultaat, na een opnamesessie die welgeteld één volledige dag had geduurd, was een dubbele million seller, een plaat die geboekstaafd staat als dé referentie op het gebied van de popularisering van de bossanova.

Uit een iets anders vaatje, hoewel het heel dicht tegen samba aanleunt, tappen de Puertoricaans-New Yorkse Willie Colón en de Panamese zanger Rubén Blades: met hun ‘Siembra’ maakten ze een album dat vaak als de ‘Sgt. Pepper van de salsa’ wordt beschouwd. 

Tot slot is er ook nog Calexico die bijdragen aan de Latijns-Amerikaanse sfeer met hun ‘Dub Latina’.

Geniet ervan!

Willie Colón & Rubén Blades Siembra.jpg

Donderdag 16 augustus 2018 RIP Aretha Franklin

Twee weken geleden nog werd ze in dit lijstje genoemd als een van de grootste vrouwelijke stemmen ooit... Maar liefst 8 nummers van haar zijn in deze Smooth Selection opgenomen, afkomstig van twee van haar meest iconische albums. 

Kies voor een ingetogen eerbetoon vanavond: rangschik de lijst op Artiest, scroll naar Aretha, zet de Shuffle-knop uit en laat je meenemen...

Aretha Franklin Arteha: Lady Soul.jpg

Vrijdag 17 augustus 2018 Week 8 — W

Jazz wordt al eens op hoongelach onthaald: sommigen vinden het muziek voor muzikanten die geen partituren kunnen lezen, anderen doen het af als arty-farty, muziek voor mensen die zich graag profileren als meerwaardezoeker en als dusdanig hun neus ophalen voor alles wat naar commercie ruikt.

Dat is soms waar. Wat Charles Mingus doet op ‘The Black Saint And The Sinner Lady’ of Miles Davis of ‘Bitches Brew’ (beiden wel in de originele 1001-albumlijst, niet in deze Smooth Selection) kan beslist als pretentieus worden ervaren. Maar het gevaar bestaat natuurlijk dat met die ingesteldheid het kind met het badwater wordt weggegooid.

Twee jazziconen deze week, die duidelijk mogen maken dat het genre beslist ook prettig en toegankelijk kan zijn. En de bakermat is van heel veel moois. En derhalve te ontdekken.

Herbie Hanckock had in de jaren 60 zijn sporen al zijn sporen verdiend als pianist van het Miles Davis Quintet toen hij in 1973 uit een heel ander vaatje ging tappen. Met zijn ‘Headhunters” (waarvan hier de zwoele herinterpretatie van zijn eigen ‘Watermelon’, nu gebaseerd op een Afrikaans pygmeeënlied) vond hij zowaar in zijn eentje de jazzfunk uit. Het album bevat ook nog ‘Chameleon’, een andere jazzstandard, echter iets te opzwepend om in deze lijst te worden opgenomen. Wie houdt van St. Germain en wil weten waar die zijn mosterd haalde, kan niet om ‘Headhunters’ heen. Luister ernaar met je partner, maar let op: er zou weleens een onstuimige nacht van kunnen komen.

Ruim 13 jaar eerder pionierde organist Jimmy Smith met de door hem bedachte soul-jazz op het vrolijke ‘Back At The Chicken Shack’. Minstens een eervolle vermelding verdient saxofonist Stanley Turrentine (die in feite de plaat domineert), maar het is toch Smith zelf die met de pluimen gaat lopen. Met de introductie van het legendarische geluid van het klassieke Hammond-orgel in de populaire muziek wees hij een hele generatie topmuzikanten de weg naar dit gezellige instrument: Keith Emerson (Emerson, Lake & Palmer), Steve Winwood, Matthew Fisher (op Procol Harum’s ‘Whiter Shade of Pale’), Jon Lord (Deep Purple, je hoort hem er deze week mee aan het werk in ‘When A Blind Man Cries’ ), Rick Wakeman (Yes), Richard Wright (Pink Floyd), ... allemaal zijn ze Jimmy Smith schatplichtig.

Prettig weekend en geniet ervan!

Herbie Hancock Head Hunters.jpg
Jimmy Smith Back at the Chicken Shack.jpg

Vrijdag 24 augustus 2018 Week 9 — O

Het laatste waarmee Dennis Wilson, de middelste van de drie broers Wilson die samen de Beach Boys oprichtten, wordt herinnerd is het feit dat hij een belangrijke bijdrage had aan “You Are So Beautiful”, de grote Joe Cocker hit uit 1975. Het is tekenend voor zijn zwaar onderschatte kwaliteiten als singer-songwriter.

Dennis Wilson staat in totaal met twaalf tracks in deze lijst, afkomstig van slechts twee albums. Deze week voegen we met ‘Only With You’ de zevende daarvan toe. De getormenteerde ziel balanceert op het album ‘Pacific Ocean Blue’ heerlijk tussen de vreugde en ellende waarvoor de liefde kan staan. De tegenvallende verkoopcijfers werkten zijn alcoholverslaving alleen maar verder in de hand waardoor hij er voor zijn vroegtijdige dood niet meer in slaagde zijn tweede plaat ‘Bambu’ af te maken. ‘Pacific Ocean Blue’ werd pas veel later cult, en kreeg uiteindelijk in anno 2008 de erkenning die het verdiende. Wat er al van ‘Bambu’ klaar was werd daaraan toegevoegd. Strikt genomen horen de nummers van ‘Bambu’ als dusdanig niet thuis in deze Smooth selection, maar hey — een kniesoor die daar om maalt. Ze zijn gewoon té mooi.

Voor wie het heerlijk zwelgen vindt in tormentatie kan zich verder rustig laven aan nòg twee van die gesarde muzikanten. Volg John Grant in zijn revanche op het antihomomilieu waarin hij is opgegroeid met het magistrale ‘Queen of Denmark’, overigens de enige cd in deze lijst die er integraal is in opgenomen.

David Ackles werd weleens overdreven sentimentaliteit verweten en dat is invoelbaar, getuige de hoeveelheid pathetiek die hij er op het album ‘American Gothic’ tegenaan gooit. Maar om Mojo te citeren: “One of the most beautiful but rarely heard albums of his era", een plaat die vraagt om eindelijk ontdekt te worden.

Prettig weekend!

John Grant Queen of Denmark.jpg
Dennis Wilson Pacific Ocean Blue.jpg

Vrijdag 31 augustus 2018 Week 10 — G

In de kijker: hoofse liefde. Wat een heerlijke term! 

Wie aan David Crosby vraagt welke volgens hemzelf zijn beste song ooit is krijgt keer op keer Guinevere als antwoord, deze week in deze nieuwe worp verborgen classics opgenomen. Het wil wat zeggen. Crosby gebruikt de gemalin van King Arthur om zijn eigen liefde te bezingen aan het adres van niet minder dan drie vrouwen en begeleidt zichzelf daarbij op een bijzonder apart gestemde gitaar. En hoewel de plaat is uitgebracht onder de noemer van Crosby, Stills & Nash is het alleen Graham Nash die hem een klein beetje helpt bij de zang.  
Terwijl het bij David Crosby om de metafoor gaat, bezingt de Schotse bard Donovan Guinevere echt, precies zoals ze aan het hof van Camelot heeft geleefd. Niettemin hemelse muziek, voorwaar.

Nog een dubbelop krijgen we met The Girl from Ipanema, eerst in de versie van Frank Sinatra samen met componist Antônio Carlos Jobim, daarna in de meest gekende vorm van Stan Getz en João Gilberto met Astrud Gilberto achter de microfoon. Er zijn bronnen die beweren dat The Girlf from Ipanema het tweede vaakst gecoverde nummer allertijden is, net na Yesterday van The Beatles. Wellicht daardoor wordt het vaak in het hokje van de muzak gestopt. Dat dat geheel onterecht is mag onder meer blijken uit een prachtig essay van Marc Brillouet (gewezen muziekprogrammator van het legendarische Funiculi Funicula op Radio 2).

Prettig weekend!

Guinevere.jpg
Helô Pinheiro The Girl from Ipanema.jpg

Vrijdag 7 september 2018 Week 11 — XYZ

Odessa is wellicht het meest onderschatte albums dat de Bee Gees hebben gemaakt. Aanvankelijk vielen de verkoopcijfers van het album lelijk tegen, niet in het minst door de vernietigende kritieken die het bij het verschijnen kreeg, maar toen de groep vanaf halverwege de jaren zeventig opnieuw ging scoren met hun stichtende discogeluid kreeg de plaat alsnog de bijval die ze verdient.

De tijd was er nochtans naar: de popwereld ging bulken van de conceptplaten (The Who’s Tommy, The Beatles’ Sgt. Pepper’s – hoewel geen echt zuivere conceptplaat — The Kinks’ Arthur en Village Green Preservation Society ...) en dus ook de Bee Gees achtten de tijd rijp voor een bombastische worp. De werktitels logen er niet om: An American Rock Opera, daarna werd het – even bescheiden – A Masterpiece.

Wie zich de moeite getroost de teksten te doorgronden merkt algauw dat er van een compleet verhaal nauwelijks sprake is. Zoals dat overigens heel vaak het geval is met die zogenaamde conceptalbums. De metafoor die wordt gebruikt is die van de mythische ondergang van een oorlogschip, maar laat dit totaal onromantische idee u vooral niet afschrikken: de plaat staat vol met muzikale parels, niet gespeend van enige edelkitsch. Voor wie ervan houdt is het likkebaarden. Zes nummers komen terug in deze Smooth Selection, deze week is het You’ll Never See Your Face Again dat er bijkomt. ‘Odessa’ markeerde het einde van de Bee Gees 1.0, het moment waarop Robin Gibb de groep verliet na muzikale onenigheden. De lange, peperdure opnamesessies hadden hun tol geëist. Pas goed vijf jaar later, in 1975, vinden de drie broers opnieuw hun draai met Main Course waarop ze pionieren met blanke funk. Enige tijd later deden ze Saturday Night Fever en het vervolg kennen we allemaal.

Prettig weekend!

Bee Gees Odessa.jpg

Vrijdag 15 september 2018 Week 12 — V

Kinderen van de jaren tachtig plaatsen Stevie Wonder nogal eens weg als die melige blinde van I Just Called To Say I Love You. Maar het feit dat de man met vier albums in de lijst van 1001 Albums You Must Hear Before You staat dwingt ons toch tot een klein beetje meer nederigheid dienaangaande. Twintig tracks van hem komen terug in deze Smooth-selection, deze week wordt geput uit Innervissions (’73) en zijn absolute meesterwerk Songs In The Key Of Life (’76). 

Aan die laatste indrukwekkende dubbelaar werkten zowat honderddertig muzikanten mee wat meteen wat zegt over het aanzien dat Wonder in zijn “klassieke periode” genoot: Herbie Hanckock, George Benson, Minnie Riperton (net zelf een hitwonder geworden met Loving You waarin ze moeiteloos vier octaven zingt) en multi-Awardwinnares Deniece Williams (een van de grootste soulstemmen ooit, wellicht het meest bekend van haar hit Let’s Hear It For The Boy uit 1984) stonden te popelen om met hem in zee te gaan. Jazz, bigband, samba, ... het komt allemaal voorbij. Tig aantal muzikanten geven decennia nadien nog steeds aan hoe ze doorheen hun carrière leentje buur speelden bij Songs In The Key Of Life. Michael Jackson en George Michael noemen het ronduit het beste album ooit gemaakt.

Nog zo’n verkeerde associatie overkwam de betreurde Serge Gainsbourg: door zijn overmatig alcoholgebruik konden velen hem doorheen de jaren alsmaar minder ernstig nemen als kunstenaar. En in die commotie wordt maar al te vaak voorbijgegaan aan Histoire de Melody Nelson, zijn slechts een klein halfuur durende ‘langspeler’ die evenwel uitgroeide tot zijn magnus opus. Een semi-autobiografisch conceptalbum pur sang over zijn muze Jane Birkin, die ook een aantal zwoele zangpartijen voor haar rekening neemt. Het voortdurende naar haar likkebaardende gehijg van Gainsbourg zou natuurlijk als degoutant kunnen worden gezien en dat was ook wat er bij het verschijnen van de plaat aanvankelijk gebeurde. Zoals dat zo vaak het geval is kreeg ze pas vele jaren later de erkenning die ze verdiende en gaven grootheden als Beck, David Holmes en zijn landgenoten van Air Gainsbourg schatplichtig te zijn voor deze baanbrekende mix van geilheid, rock en orkestmuziek.

Geniet ervan!

Serge Gainsbourg Histoire de Melody Nelson .jpg

Vrijdag 13 december 2018 Week 13 — R

In volle eindejaarperiode zal het aan airplay van Street Life van de Crusaders niet ontbreken. Maar zet hem in de lijst ook nog eens op en hoor dat het album waarvan de titeltrack afkomstig is nog zoveel méér is dan de goddelijke vocals van Randy Crawford (solohit: One Day I’ll Fly Away) alleen. Deze week pikken we het er onnavolgbare Rodeo Drive uit. Criticasters zouden het allemaal een beetje kunnen afdoen als edelkitsch (alleen al de titel, toegegeven) of muzak. Maar hey, als je straks helemaal klaar bent met de kerstplaylists, grijp dan even hiernaar terug. En hoor, aldoor, waar de mosterd werd gehaald. Crusaders neigen naar brol. Maar wel heel goeie brol.

Onder muzikanten wil de naam Orange Juice nog wel eens een belletje doen rinkelen, maar echt potten gebroken in de hitlijsten heeft de groep nooit gedaan. Het waren nochtans niet de minsten die instrumenten beroerden, niet in het laatst omwille van het feit dat er flink werd gepionierd: het vrolijke Rip It Up (meteen ook hun enige aanwezigheid in de Smooth Selection) staat te boek als het allereerste nummer waarop de Roland TB-303 wordt gebuikt, de meest oorspronkelijke bassynthesizer. Een weetje, zowaar, om aan de kersttafel eens mee uit te pakken.

Prettig weekend en vooral ... een prettige kerst!

PS: Niks mis met kerstmuziek, alleen jammer dat in die radioplaylists serieus de mot is gaan zitten. In de oorspronkelijke lijst van 1001 Albums You Must Hear Before You Die werd A Christmas Gift for You from Phil Spector opgenomen, een album dat ook in heel wat andere all-time greatestlijstjes hoge ogen gooit. Geef het eens een kans. Brian Wilson ging u voor en noemt de plaat ‘het beste album ooit gemaakt.’

A Christmas Gift for You from Phil Spector.jpg
bottom of page