top of page
  • Foto van schrijverJoost Elli

Zij gelooft in mij

Voor mij stond een ranke vrouw met een blonde pixie: een soort van Brigitte Nielsen, maar dan platter en minder nep, de Robin Wright van haar tijd. Het was 1 juli 1993, de dag dat ik als verpleger aan het werk ging, in wat toen nog het Universitair Psychiatrisch Centrum Sint-Kamillus heette.


Het onthaal is dan allesbepalend. Je mag hopen dat je welkom bent. Een nieuwkomer is misschien een opluchting, die een klier vervangt, dan zit het mee. Voor hetzelfde geld vallen er grote schoenen te vullen. Misschien kom je in een team in rouw terecht.

Op deze kwakkelweerdag, dacht ik, is het niet verkeerd mijn lange regenjas aan te trekken. Bij wijze van statement, effe stylish doen, meteen even poneren: zo van ‘luister jongens, ik laat mij niet in met die sociale sectorlook van korte hemdsmouwen en sokken in sandalen. Hier staat dan misschien een snaak, maar wel eentje met smaak.’ Dat kaderde in een breder plan: enigszins hoogmoedig zou ik die logge psychiatrie in mijn eentje gaan veranderen, en haar een frissere look aanmeten was daarvan een facet. Want iedereen zag er een beetje hetzelfde uit: vijftig tinten grijs. Dat was tenminste het beeld dat ik ervan had. Totdat ik werd voorgesteld aan Rie.


Ze was twee koppen groter, kortom het type vrouw waarvan ik doorgaans denk: die eet me op met huid en haar. Zij was, vernam ik, vanaf nu mijn hiërarchische overste. “Ik zag vanmorgen een potige kerel,” zei ze, “met een paardenstaart, op een motor. Ik dacht: zou dat Joost zijn?” Als openingszin kon het tellen. “Nou, dat valt dan flink tegen,” sprak ik terug. En daarmee was de toon gezet.


Je kan daar natuurlijk melig over gaan doen, maar soms is er zoiets als die onmiddellijke klik. Dat instant ‘ik mag jou wel’, de ogenblikkelijke connectie, die nergens op is gebaseerd. Sommige theorieën beweren dat het met aantrekkelijke lichaamsgeuren heeft te maken. De kans daarop leek me bij de kettingrokende Rie eerder gering. Daar zaten we, bij wijze van kennismakingsgesprek, in een glazen hok van vier bij vier, te paffen als een Turk. Misschien schiep net dat de band.

Je gewenst voelen, beluisterd, niet de hele tijd ik, ik, ik, het is ontzettend belangrijk. Ik was daar meteen met volle goesting, klaar om mee een nieuwe Korsakov-afdeling uit te vinden. Ik wilde de kar trekken, innoveren, nadenken, proberen, falen en er dan over praten. “Eerst je respect verdienen, kleine,” had Rie kunnen zeggen. Dat deed ze niet. Ze gaf me meteen dat mandaat. Een soort van blind vertrouwen. Datzelfde geloof had ik in haar, als de perfecte compagnon de route. Rie boorde een nieuwe creatieve ader aan.


Het mag verbazen wat een vrouw van vlot achttien jaar ouder in mij zag. Er was natuurlijk die match, en vaak met elkaar werken maakt dat je elkaar steeds beter kent en de gesprekken intiemer worden. Ik vond in haar een zielsgenoot: geen psychoanalyse, over een ontbrekende moederfiguur, of zij die in mij de zoon zag die ze nooit had, we kregen gewoon een onwaarschijnlijk goede vriendschappelijke band.


De liefde, o spelbreker, dwong mij ertoe andere horizonten op te zoeken. Op een dag verbrak ik eenzijdig onze professionele relatie. Toch betekende dat niet ons einde. Daarvoor was er teveel wat ons verbond. Tijdens al mijn carrièreomzwervingen bleven we elkaar zien. Om het vooral te hebben over wat niets met het werk had te maken. Op den duur, zo gaat dat, werden die momenten schaarser. Wat restte was een gekoesterde herinnering. Na enkele jaren van zo goed als geen contact meer te hebben gehad ontmoeten we elkaar weer sporadisch, letterlijk, een enkele keer per jaar. Het voelt dan alsof het elke dag zo is. Gek, hoe je mensen jarenlang niet ontmoet, en ze er toch nog steeds zijn.


Ik leerde niet te veel rekening te houden met mijn gedachten, te vermijden dat ik erin verzand, ze als niet meer dan denkbeelden te zien. Alleen is niet elke herinnering, per slot van rekening een zuivere vorm van gedachte, nutteloos. ‘De kracht van Nu’ wordt onmiskenbaar mee gevoed door belangrijke mensen die je in je leven hebt gekend.



Vindt u deze blog wel wat hebben? Geef hem onderaan een hartje!

Delen op Facebook of Twitter kan ook: klik op de knop linksonder en klaar. Wilt u graag reageren? Dat kan beneden op deze pagina (opgelet: uw reactie is zichtbaar).

2023, 19 juli, Leuven (Vismarkt, Vishal ter gelegenheid van Groot Verlof) (België). Foto: Bart Cloots.


Uitgelezen? TELKENS ALS JE NAAR ONS KOMT, mijn single, blijft voor u, ook nog exact één jaar na verschijnen beschikbaar op Spotify, op YouTube of te koop in de iTunes Store (99 cent).

87 weergaven

Gerelateerde posts

Alles weergeven

Maatigheid

bottom of page