top of page
  • Foto van schrijverJoost Elli

Plan shopping & phubbing

Mijn dochter troonde mij weer eens mee naar zo’n bijdetijds eetcafé. De beleving is voorspelbaar. Op het menu: vegan lasagne, soep van lokale vergeten groenten, huisgemaakte ijsthee en ethische koffie. Je zit, onder het mom van vintage, op een gammele stoel, StuBru staat op - Joris Brys!- en de staf is buitengewoon knap.

Ik neem - doe mij maar een steak jagersaus en een banana split in een brasserie - het er tijdens die schaarser wordende vader-dochtermomenten bij. Alleen door de prijs van dat eerlijke eten voel ik mij naderhand flink genaaid. Maar goed, dat gaat voorbij.


Die verdieping, dat back to nature-sfeertje, staat haaks op het laptoppende cliënteel. Ze zìjn er wel - daar gaat het in dit soort places m’as-tu vu om - maar in hun hoofd toeven ze elders.

Zo ook mijn vierentwintigjarige kind: haar iPhone beheerste het gesprek.

“Zet dat ding nu gewoon uit,” zei ik. “Ja, maar dit is belangrijk,” antwoordde ze. Nu prees ik mezelf al gelukkig dat ze er was. Er was kennelijk geen betere optie. Gen Z’ers kiezen namelijk het leukste verzetje van het moment. Plan shopping heet dat: ze verzamelen hun uitnodigingen en pikken er op de valreep de leukste uit. 'Ze laten je snel wat weten.' En zetten je zo in de wacht. Het is goed bekeken: plan shopping voorkomt dat je te elfder ure afzegt. Je zei immers niks toe. Je bent op een keurige manier grof.


“Hou je met dat phubben op?” Ik heb niet zoveel om te imponeren, dus goochel ik nu en dan maar wat met woorden. Een taalsocioloog beweerde in een interview dat moeilijke taal wel vaker als compensatie dient. Je zou daarmee een minder intelligente indruk maken. Pfff.

“Ik wil best een stuk in jouw nomofobie-verhaal meegaan.” Ik klonk als Rika Ponnet. “Maar als je met mij afspreekt wil ik dat je er bent. En omdat je daar zin in hebt. Niet om mij een plezier te doen of omdat je geen leuker alternatief hebt.” Ik liet even een stilte. “Is het lekker?”

“Ja, heel erg lekker.”

“Wist je dat veggie bolognese niet bestaat?” Ze at verder. “Bolognese komt van ragù alla bolognese en ragù is een gehaktmengsel. Het is een contradictio in terminis.”

“Papa … who cares? En daarbij: spreek Vlaams.”

“En het is bolognese. Niet bolognaise. Bolognaise is een vertaling van het Italiaanse bolognese. Waarom zou je dat doen?”

Met weetjes red ik het niet langer. Maar ik had haar wel bij de les. Toen ik vroeg hoe het eigenlijk met haar ging stopte ze niet met praten. Alleen voor een BeReal.


Een week later tafelde ik naast een paar, in een stationstaverne. Zestigers schat ik. Ze aten samen. Hij las een boek, zij de krant.



Vind je deze blog wel wat hebben? Geef hem onderaan een hartje!

Delen op Facebook of Twitter kan ook: klik op de knop linksonder en klaar. Wil je graag reageren? Dat kan beneden op deze pagina (opgelet: je reactie is zichtbaar).

2022, 18 oktober, Leuven (Rotis) (België). Foto: Bart Cloots.


Meer over het gebruik van jargon, onder andere door mensen met een lagere sociale status, hoor je in deze aflevering van het Radio 1-programma Nieuwe Feiten (aflevering van 13 november 2020, interview met taalsocioloog Wim Vandenbussche


Uitgelezen? TELKENS ALS JE NAAR ONS KOMT, mijn single, luister je onverminderd op Spotify, kijk je op YouTube of koop je in de iTunes Store (99 cent).

51 weergaven

Gerelateerde posts

Alles weergeven

Zelfreflectie

Comentarios


bottom of page